Indexbeleggen is een passieve manier van beleggen die op de lange termijn winst oplevert. Er zijn drie verschillende beleggingsinstrumenten die onder indexbeleggen vallen. Dat zijn indexfondsen, ETF’s en beleggingsfondsen. Er bestaat onduidelijkheid over wat de overeenkomsten en verschillen zijn. In dit artikel lees je hoe het precies zit.
Dit is een indexfonds
Geld investeren in een indexfonds is de meest pure vorm van indexbeleggen. Het doel van een indexfonds is namelijk om een index zo nauwkeurig mogelijk te volgen. De verhouding van aandelen in een fonds wordt één op één gekopieerd. Stijgt de waarde van de index met bijvoorbeeld 2%? Dan doet de waarde van het indexfonds dat ook.
Het onderscheid tussen indexfondsen en ETF’s
ETF staat voor Exchange Traded Fund. Op het eerste gezicht hebben ETF’s en indexfondsen veel gemeenschappelijke eigenschappen. Desondanks is er wel degelijk een onderscheid te maken. Een ETF is een derivaat, ofwel een afgeleid beleggingsinstrument. Mede hierdoor verhandel je ETF’s op een andere manier.
Fysieke en synthetische representatie
De termen fysieke representatie en synthetische representatie zijn van toepassing op indexfondsen en ETF’s. Fysieke representatie houdt in dat een eigenaar van een beleggingsinstrument de onderliggende producten daadwerkelijk bezit. Dat is dus het geval bij een indexfonds. Bij aankoop word je daadwerkelijk eigenaar van de aandelen, obligaties of grondstoffen. Synthetische representatie betreft een product die de koers van de onderliggende instrumenten volgt. Het is een contract tussen aanbieder en koper. Dergelijke beleggingsinstrumenten worden derivaten of afgeleide producten genoemd. Als eigenaar van een ETF ben je dus geen eigenaar van de onderliggende producten.
Onderscheid in verhandelbaarheid tussen ETF’s en indexfondsen
Het grootste onderscheid tussen ETF’s en indexfondsen is de verhandelbaarheid. Een ETF is gedurende de gehele dag verhandelbaar. De koers is afhankelijk van de onderliggende waarde van de producten, maar ook van het vraag en aanbod. Bij indexfondsen bepaalt alleen de onderliggende waarde de koers. Ze zijn slechts op één moment op de dag verhandelbaar voor een vaste prijs. Een potentieel interessant voordeel is dat indexfondsen in fracties te verhandelen zijn. Je hoeft ze dus niet per stuk te kopen. Hierdoor bepaal je precies hoeveel geld je investeert.
ETF’s brengen hogere risico’s met zich mee dan indexfondsen
ETF’s hebben gemiddeld een iets hoger risico. Dat komt omdat ze als beleggingsinstrument verhandelt worden. Hierdoor is de waarde afhankelijk van het vraag en het aanbod. Bovendien is het mogelijk om ETF’s met een hefboom aan te kopen. Dit is altijd een erg risicovolle manier om te beleggen. Aangezien je een deel van je inleg leent bij de aanbieder. Hierdoor is het mogelijk dat de verliezen hoger oplopen dan het vermogen dat je hebt ingelegd.
Lees dit uitgebreide artikel met rekenvoorbeelden over de risico’s van indexbeleggen
Rendabel beleggen in ETF’s
Een ETF verhandel je dus op een andere manier dan een fonds. Bovendien ben je geen eigenaar van de onderliggende beleggingsinstrumenten. Een ETF is een op zichzelf staand product en wordt ook op die manier verhandelt. Het is bijvoorbeeld mogelijk om geld te investeren in leveraged ETF’s. Dat zijn instrumenten met een hefboomwerking. Je legt een deel van het benodigde geld zelf in, en leent de rest van de aanbieder. Over het geleende geld betaal je rente. Het doel is om met weinig geld veel winst te maken. Het rendement wordt door de hefboom vermenigvuldigd. Maar hetzelfde geldt voor verlies. Hierdoor zijn hefboomproducten erg risicovol. Dat staat in principe lijnrecht tegenover indexbeleggen. Door de brede spreiding van een ETF is dit risico wel een stukje lager dan bij andere beleggingsproducten met een hefboom, ook wel CFD’s genoemd.
De verschillen tussen indexfondsen en beleggingsfondsen
Beleggingsfondsen worden samengesteld door een fondsbeheerder. Dat is in feite een professionele belegger die de markt probeert te verslaan in plaats van een index zo nauwkeurig mogelijk te volgen. De inhoud van een beleggingsfonds wordt voortdurend aangepast. Dat gebeurt op basis van de analyses en de projecties van de fondsbeheerder. Je geeft het actieve beleggerswerk dus uit handen aan een professional. Een fondsbeheerder doelt erop de risico’s laag te houden door verschillende beleggingsinstrumenten in het fonds op te nemen. Desondanks is de spreiding zelden zo hoog als bij een indexfonds.
Actief beheerde beleggingsfondsen tegenover passief beheerde indexfondsen
Voor de consument zit er wat handelingen betreft weinig verschil in beleggingsfondsen en indexfondsen. Een fondsbeheerder is actief bezig is met handel drijven op de beurs. Als klant betaal je daarvoor. Deze kosten worden van het rendement afgetrokken. In de praktijk blijkt het daarom erg lastig te zijn om de markt te verslaan. Daardoor is het erg onwaarschijnlijk dat je met een beleggingsfonds meer verdient dan met een indexfonds of een ETF.
De kosten van beleggingsfondsen en indexfondsen
Een beleggingsfonds wordt actief beheerd. De kosten die je daar als klant aan kwijt bent liggen tussen de 1 en 2 % van het belegde vermogen per jaar, afhankelijk van het fonds en de aanbieder. Indexfondsen zijn wat dat betreft stukken goedkoper. Je betaalt tussen de 0,03 en de 0,4 % van je belegde vermogen per jaar. Dit verschil in kosten dient goed gemaakt te worden door het rendement van een beleggingsfonds. In de praktijk is gebleken dat dit vrijwel onmogelijk is. Passief belegde fondsen, zoals indexfondsen, leveren daarom meer op voor de belegger.